Programma Economie en recreatie
Rekening 2021 | Begroting incl. wijzi-gingen 2022 | Begroting 2023 | Verschil | |
Financiën (* 1.000) | ||||
Lasten | 7.614 | 16.240 | 11.733 | |
Baten | 4.256 | 11.338 | 7.347 | |
Saldo | -3.359 | -5.082 | -4.386 | 696 |
Mutaties reserves | ||||
Stortingen in reserves | 1.089 | 608 | 1.606 | |
Onttrekkingen uit reserves | 19 | 68 | 172 | |
Per saldo mutaties reserves | -1.067 | -540 | -1.435 | |
Saldo inclusief mutaties reserves | -4.426 | -5.622 | -5.821 |
Toelichting begroting 2023 ten opzichte van begroting 2022 na wijziging:
Voornaamste verschillen:
Bouwgrondexploitatie bedrijventerreinen | |
---|---|
Uit de herziene grondexploitaties bij de jaarrekening 2021 blijkt dat in 2023 een bedrag van € 1.471.493 (Dillenburg € 498.682; Hoog l € 136.475; Hoog ll € 9.486 en Metal Valley € 926.850) voor winstneming is berekend. De vergelijkende bedragen in de (bijgestelde) begroting 2022 zijn € 507.530 (Dillenburg € 173.779; Hoog l € 131.197 en Metal Valley € 202.554). Derhalve een afwijking van € 341.469. | 964.000 |
Voor Rood voor groen is in 2023 een storting voorzien van € 34.885 vanuit het complex Dillenburg. In 2022 was géén storting voorzien. Een afwijking dus van afgerond € 35.000. | 35.000 |
Overige toelichting | |
Aan dit programma zijn meer uren toegerekend dan in 2022. | -314.000 |
Voor kosten als gevolg van de doorkomst van de Vuelta is in 2022 een bedrag opgenomen. Hierdoor ontstaat in 2023 een voordeel | 43.000 |
Bij de 1e bestuursrapportage 2022 zijn incidenteel extra middelen beschikbaar gesteld voor bomenonderhoud (veiligheidssnoei/dood hout verwijderen). Hierdoor ontstaat in 2023 een voordeel. | 168.000 |
In de begroting 2023 zijn middelen op genomen voor de uitvoering van een aantal projecten uit het projectenboek groen. De gemeentelijke kosten na aftrek van de toegezegde subsidie komen ten laste van de reserve rood voor groen. | -104.000 |
In de begroting 2023 is rekening gehouden met hogere energiekosten voor onder ander het bezoekerscentrum in de Vesting. | -46.000 |
In de begroting 2023 zijn, vooruitlopend op de vast te stellen Klimaatstrategie, extra middelen opgenomen. | -50.000 |
In de begroting 2022 zijn eenmalige middelen beschikbaar voor het opstellen van een kerkenvisie. Hierdoor ontstaat een voordeel in 2023. | 25.000 |
Hogere kapitaallasten in 2023 als gevolg van de gerestaureerde Doeverensche Sluis. | -33.000 |
Overige verschillen | 8.000 |
Saldo verschil | 696.000 |
Toelichting op hoofdlijnen begroting 2023 ten opzichte van jaarrekening 2021:
Saldo begroting 2023 | -4.386 |
---|---|
Saldo jaarrekening 2021 | -3.359 |
Nadelig verschil | -1.027 |
Voornaamste verschillen:
Bouwgrondexploitatie bedrijventerreinen | |
---|---|
Uit de herziene grondexploitaties bij de jaarrekening 2021 blijkt dat in 2023 een bedrag van € 1.471.493 (Dillenburg € 498.682; Hoog l € 136.475; Hoog ll € 9.486 en Metal Valley € 926.850) voor winstneming is berekend. De vergelijkende bedragen in de jaarrekening 2021 zijn € 547.766 (Dillenburg | 924.000 |
Voor Rood voor groen is in 2023 een storting voorzien van € 34.885 vanuit het complex Dillenburg. Bij de jaarrekening 2021 is een bedrag van € 68.245 gestort voor de complexen Dillenburg 63.625 en Hoog ll €4.620). Een afwijking dus van afgerond € -33.000. | -33.000 |
Bij het opmaken van de jaarrekening blijken altijd verschuivingen te zijn op basis van werkelijk geschreven uren en de verdeling tussen taakveld 320 (bouwen bedrijven) en 820 (bouwen wonen) Het betreft hier mutaties van interne doorbelastingen die een beperkt effect hebben bij het ene taakveld is dat positief en bij het ander negatief. Het betreft per saldo een bedrag van | -8.000 |
In de jaarrekening 2021 is de rente verlaagd waardoor de verliesvoorzieningen zijn bijgesteld met € 48.929. | -49.000 |
Bij het opstellen van de jaarrekening 2021 is bij het herzien van de grondexploitaties gebleken dat voorzieningen ruim toereikend waren en dus deels konden vrijvallen. Daarom is een bedrag van € 370,869 (Steenenburg bedrijven €342.020; Hoog ll € 43.795 en Grotestraat Verdoorn € -14.946) vrijgevallen uit de verliesvoorziening. In de begroting 2022 is geen storting of vrijval voorzien. | -371.000 |
Overige toelichting | |
Aan dit programma zijn voor de begroting 2023 meer interne uren toegerekend dan de realisatie over 2021. Dit betreft met name het beleid en het onderhoud van openbaar groen. | -768.000 |
In de begroting 2023 zijn middelen op genomen voor de uitvoering van een aantal projecten uit het projectenboek groen. De gemeentelijke kosten na aftrek van de toegezegde subsidie komen ten laste van de reserve rood voor groen. Ten opzichte van 2021 ontstaat een nadeel. | -104.000 |
In 2021 zijn incidenteel extra middelen beschikbaar gesteld voor bomenonderhoud (snoei risicovolle bomen). Hierdoor ontstaat in 2023 een voordeel. | 36.000 |
In de begroting 2023 zijn, vooruitlopend op de vast te stellen Klimaatstrategie, extra middelen opgenomen. | -50.000 |
In de begroting 2023 is incidenteel een bedrag opgenomen voor de realisatie van de ecologische verbindingszone “Hedikhuizense Maas”. Dit bedrag komt ten laste van de reserve rood voor groen. Dit project wordt niet uitgevoerd in 2022 maar wordt doorgeschoven naar 2023. | -67.000 |
De kosten voor groenonderhoud worden geraamd op het gemiddeld benodigde budget. Waar nodig is rekening gehouden met een on ontkoombare prijsstijging. Over 2021 zijn de kosten voor bestrijding eikenprocessierups en het afvoeren van groenafval lager uitgevallen. Daarnaast is bij de begroting 2022 een extra structureel budget ad € 50.000 beschikbaar voor vervanging van bomen. | -180.000 |
In de begroting 2023 is rekening gehouden met hogere energiekosten voor onder ander het bezoekerscentrum in de Vesting. | -42.000 |
In 2021 zijn eenmalig middelen ontvangen voor een bijdrage aan landschapsinrichting. Deze middelen zijn gestort in de reserve rood voor groen. Hierdoor ontstaat in de vergelijking in 2023 een nadeel. | -271.000 |
Met de vaststelling van het Groenstructuurplan 2018 zijn voor een aantal jaar incidentele middelen beschikbaar gesteld voor het uitvoeringsprogramma. Hier zitten verschillen in per jaar waardoor de lasten in 2023 lager zijn dan in 2021. | 35.000 |
De werkelijke kosten voor het onderhoud van de wallen en grachten waren in 2021 lager dan het hiervoor structureel nodig geachte bedrag. Het voor vervanging van beschoeiingen beschikbare bedrag ad € 60.000 is in 2021 niet benut. De bedoeling is dat dit in 2023 wordt ingezet voor stabiliteitsmaatregelen ten behoeve van de wallen. | -60.000 |
Hogere kapitaallasten in 2023 als gevolg van de gerestaureerde Doeverensche Sluis. | -43.000 |
Overige verschillen | 24.000 |
Saldo verschil | -1.027.000 |