Financiering

In 2023 wordt rekening gehouden met een (her)financieringsbehoefte van circa € 30 miljoen. Dit bedrag heeft grotendeels betrekking op de herfinanciering van bestaande leningen.
De huidige rentestanden en de renteverwachting zorgen ervoor, dat het zowel aantrekkelijk is om deze financieringsbehoefte met kortlopende geldleningen als met langlopende geldleningen in te vullen. Binnen de grenzen van de kasgeldlimiet zal kort vreemd vermogen worden aangetrokken. En daarnaast zullen er langlopende geldleningen worden opgenomen.
Het aantrekken van nieuwe geldleningen in combinatie met de aflossing van bestaande leningen zorgt ervoor dat de leningenportefeuille in 2023 naar verwachting met circa € 12 miljoen toeneemt, tot een totaalbedrag van circa € 99 miljoen. De meerjarige ontwikkeling van de leningenportefeuille is in de onderstaande grafiek weergegeven. De toename in 2023 wordt met name veroorzaakt door de investeringen in het project Gebiedsontwikkeling Oostelijke Langstraat (GOL) en het Integrale Huisvestingplan Onderwijs (IHP). Daarnaast vinden er in deze jaren nog diverse andere investeringen plaats, bijvoorbeeld op het gebied van sport, duurzaamheid, riolering en wegen.
 
De gemiddelde rente die voor langlopende geldleningen wordt betaald is per 01-01-2023 naar verwachting 1,11%. Door de mutaties die de vaste leningenportefeuille in 2023 zal ondergaan zal de gemiddelde rente licht stijgen.
Aan de boekwaarde van investeringen wordt rente toegerekend via een rekenrente. In de begroting 2023 is conform de regels van het BBV de rekenrente berekend op 0,8%. Het verschil tussen de toegerekende rente aan investeringen en de werkelijk betaalde rente is het renteresultaat. Het renteresultaat wordt voor 2023 geraamd op circa € 131.000. Hiermee blijft het binnen de 25% afwijking die de notitie rente voorschrijft. Het renteresultaat staat opgenomen op het taakveld treasury. Het schema van de rentetoerekening ziet er als volgt uit: