Om onderbouwde financieringsbeslissingen te kunnen nemen, is het belangrijk om een inschatting te maken van de toekomstige renteontwikkeling. Deze zogeheten rentevisie wordt jaarlijks opgesteld en is gebaseerd op de verwachtingen van diverse financiële instellingen.
In de begroting wordt een rente voor kortlopende leningen (≤ 1 jaar) en een rente voor langlopende leningen (> 1 jaar) gehanteerd. De ontwikkeling van de korte rente is vooral afhankelijk van de inflatie. De hoogte van de lange rente wordt vooral bepaald door de economische groei.
De korte en lange rente stonden al enkele jaren op een erg laag niveau. In de eerste twee kwartalen van 2022 is de rente gestegen. De stijging is op dit moment (medio augustus 2022) gestabiliseerd. Naar verwachting zal de korte rente in 2023 ligt verder stijgen. De lange rente blijft naar verwachting ongeveer op het huidige niveau. In de onderstaande tabel is de verwachte renteontwikkeling van een aantal grote banken in 2023 weergegeven.
Huidig | 01-01-2023 | 31-12-2023 | Rente begroting | |
Korte rente | 0,21% | 0,72% | 0,76% | 1% |
Lange rente (10 jr) | 1,77% | 1,78% | 1,58% | 2% |
Op basis van deze verwachting is in de begroting 2023 gekozen voor een rente van 1% voor kortlopende geldleningen en 2% voor langlopende geldleningen.